Dat en “In Zeeland kan je van een mestvaalt eten.”, spookte steeds door m’n hoofd terwijl ik snoeiafval in stukjes aan het knippen was om ze naar de Punto Limpio (milieustraat) te kunnen brengen. Ik ben, evenals m’n vader, Rotterdammer maar m’n moeder was een Zeeuwse. Voor de Brouwenaars onder de lezers ze was een dochter van Willem Okkerse.
Maar ff terug naar m’n gedachten. Ank zegt steeds koop toch een hakselaar maar om €1.000 uit te geven om het snoeiafval in stukjes te knippen vindt, de halve Zeeuw in mij, nogal wat, temeer daar je slechts een maal per seizoen snoeiaffval hebt. Dus knippen maar, onder de brandende zon. Gisteren 11 samuras (rubber manden) en tot nu toe 6. De hele berg, met de dode palmbladeren er op, achter de mestvaalt moet nog en veel zin heb ik niet meer. T’is 2 uur ik ga maar eens siësta vieren.